SYMPHONIES 4 & 5

Beschrijving

René Jacobs en het op ‘tijdeigen’ instrumenten spelende B’Rock Orchestra, een typisch ‘projectorkest’ op hoog niveau, zetten hun Schubertcyclus voort met de nummers 4 en 5. Daardoor zijn ze nu klaar met de zes ‘vroege’ symfonieën (bij Schubert een relatief begrip). De uitvoeringen zijn pittig en gedreven, met een prachtige opnameklank en tempokeuzes die weleens vragen oproepen. Je zou ze eigenzinnig of eigenwijs kunnen noemen, maar er is in elk geval over nagedacht. In zijn uitgebreide toelichting behandelt Jacobs deze twee symfonieën uit 1816 als communicerende vaten: de donkere, ‘tragische’ Vierde in c-klein afgezet tegen de lichtere, minder veeleisende Vijfde in Bes-groot. De vertolking weerspiegelt die analyse. Voor de Vierde gingen de musici naar Roeselare en voor de Vijfde naar Innsbruck met verschillende opnameleiders. Ik meen een miniem verschil in helderheid te horen, maar dat kan ook te maken hebben met Jacobs’ inzichten over deze symfonieën. Bijzonder is ook dat de houtblazers, doorgaans in het midden, van rechts lijken te komen, waarmee een originele opstelling is gekozen die een bijzondere klankverhouding oplevert. Het wachten is nu nog op de Onvoltooide en de ‘Grote’; om deze mooie serie af te sluiten.